Aan welke manier van leidinggeven geef jij de voorkeur?

Hoe beantwoord je deze veelgestelde vraag in het sollicitatiegesprek? Hij wordt op verschillende manieren gesteld:

• Aan welke manier van leidinggeven geef je de voorkeur?
• Welke leiderschapsstijl heeft jouw voorkeur?

Hoe je deze vraag beantwoordt, hangt af van de functie waarop je solliciteert:

• Een functie als teamlid zonder leidinggevende rol, waarin je leiding ontvangt.
• Een leidinggevende rol waarin je zelf verschillende stijlen van leidinggeven moet hanteren.

Je solliciteert op een functie als teamlid zonder leidinggevende rol

Geef een doordacht antwoord, dat zowel jouw eigen stijl van leiding ontvangen als de bedrijfscultuur van de organisatie weerspiegelt. Hier zijn enkele stappen en tips om je antwoord goed voor te bereiden:

1. Ken jezelf

Reflecteer op je ervaringen: denk na over eerdere situaties waarin je te maken had met leidinggevenden die verschillende stijlen hanteerden. Welke leiderschapsstijlen vond je prettig en waarom? 

Misschien waardeer je bijvoorbeeld een coachende leidinggevende die je hielp groeien door middel van feedback, of misschien werkte je beter met een directieve leider die duidelijke instructies gaf.

Wat heb jij nodig om effectief te werken? Heb je bijvoorbeeld behoefte aan autonomie of werk je beter met regelmatige begeleiding?

2. Koppel het aan je werkstijl

Beschrijf jouw werkstijl: Leg uit hoe jouw voorkeur voor een bepaalde manier van leidinggeven aansluit bij jouw manier van werken. Bijvoorbeeld, als je graag zelfstandig werkt, kun je zeggen dat je de voorkeur geeft aan een leidinggevende die vertrouwen heeft in jouw vermogen om beslissingen te nemen, die taken aan jou delegeert en die ruimte biedt voor eigen initiatief.

Geef concrete voorbeelden uit je werkervaring om te illustreren hoe je hebt geprofiteerd van een bepaalde leiderschapsstijl. Dit maakt je antwoord geloofwaardig en toont aan dat je je ervan bewust bent hoe je het beste functioneert.

3. Formuleer je antwoord

Een voorbeeldantwoord zou kunnen zijn:

"Ik werk het beste met een leidinggevende die duidelijke doelen stelt en vervolgens vertrouwen in me stelt om deze te bereiken. Ik waardeer het wanneer mijn leidinggevende openstaat voor suggesties en feedback, en wanneer er ruimte is voor een dialoog. 

Een coachende stijl past goed bij mij, omdat ik graag leer en mezelf wil blijven ontwikkelen. Tegelijkertijd vind ik het belangrijk om te kunnen samenwerken en bij te dragen aan teamdoelen. Uiteraard begrijp ik dat elke situatie anders is en ben ik flexibel in mijn aanpak."

Met dit antwoord toon je zelfkennis en professionaliteit. Je laat zien dat je effectief kunt werken in verschillende situaties.

Je solliciteert op een leidinggevende rol

Laat blijken dat je goed bekend bent met de verschillende stijlen van leidinggeven.

1. Introduceer je leiderschapsfilosofie

Leg uit dat je een flexibele leiderschapsstijl hanteert die je aanpast aan de vaardigheden en motivatie van je medewerkers. Daarmee toon je aan dat je begrijpt dat elke medewerker en situatie een specifieke aanpak vereist.

Geef aan dat je gelooft in situationeel leiderschap, waarbij je je stijl afstemt op de specifieke omstandigheden en de ontwikkelingsfase van de medewerker.

2. Geef een voorbeeld uit je werkervaring als leidinggevende

Vertel in de STAR-vorm over een specifieke situatie waarin je je leiderschapsstijl hebt aangepast op basis van de bekwaamheid en motivatie van je teamleden. Dit kan een project zijn waarin je verschillende benaderingen hebt gebruikt voor verschillende medewerkers. Geef aan hoe deze aanpak heeft bijgedragen aan het succes van het project en de ontwikkeling van de medewerkers.

3. Formuleer je antwoord

Een voorbeeldantwoord zou kunnen zijn:

Situatie

In mijn rol als afdelingsmanager bij <Werkgever> had ik een team dat bestond uit medewerkers met verschillende niveaus van bekwaamheid en motivatie.

Taak

Het was mijn verantwoordelijkheid om mijn leiderschapsstijl zo aan te passen dat elk teamlid optimaal kon presteren en gemotiveerd bleef.

Actie

Bij Jan, een nieuwe medewerker, koos ik voor een sturende en ondersteunende aanpak, waarbij ik hem actief begeleidde en regelmatig feedback gaf om hem op weg te helpen.

Met Gerard, een ervaren medewerker die wat minder gemotiveerd leek, ging ik het gesprek aan om zijn drijfveren te achterhalen en hem opnieuw te inspireren met uitdagende taken. Hij heeft een verbeterplan voor de samenwerking met andere afdelingen geschreven, dat hij aan het MT heeft gepresenteerd.

Aan Marieke, een zeer bekwaam en zelfstandig werkend teamlid, gaf ik juist veel autonomie. Ik delegeerde complexe taken aan haar en bood ondersteuning wanneer ze daarom vroeg.

Resultaat

Het MT heeft het verbeterplan overgenomen. Gerard en Marieke hebben het in onze afdeling geïmplementeerd, waarbij Gerard ook Jan onder zijn hoede nam en hem bij de implementatie betrok. Ze hebben alle drie een ontwikkelstap gemaakt en de samenwerking met andere afdelingen verliep veel soepeler.

Met dit antwoord laat je zien dat je over de vaardigheden beschikt om je leiderschapsstijl flexibel aan te passen aan de situatie.

Overzicht: de essentie van leiderschapsstijlen

• Het verschil tussen leidinggeven en leiderschap is:
  
• 'Leidinggevende' is een rol die je van hogerhand krijgt toebedeeld, waardoor je een zeker gezag en macht over je ondergeschikten hebt.
  
• Leiderschap is een persoonlijke en informele rol die je krijgt doordat medewerkers je vertrouwen, respecteren en erkennen als hun leider.
  
• We maken onderscheid tussen de categorieën:
• Mensgericht en taakgericht leidinggeven.
• Individueel en groepsgericht leiderschap.
  
• Situationeel leidinggeven is het bekendste model voor flexibel leiderschap dat 4 stijlen omvat:
  
1. Sturend leidinggeven geeft medewerkers een duidelijke richting. Als leidinggevende geef je glasheldere, gedetailleerde en specifieke instructies.
2. Bij coachend leiderschap fungeer je als coach voor je teamleden. Het doel is om hen te helpen ontwikkelen en te motiveren om hun potentieel te benutten.
3. Bij ondersteunend leidinggeven ligt de focus op het ondersteunen en empoweren van medewerkers. Het doel is dat teamleden zich gewaardeerd en gemotiveerd voelen en groeien in zelfstandigheid.
   
4. Delegerend leiderschap draait om loslaten en vertrouwen geven. Als leidinggevende draag je taken en verantwoordelijkheden over aan teamleden.
• Bij participatief leiderschap betrek je medewerkers actief bij beslissingen en strategische discussies. Je nodigt hen uit mee te denken, te praten en soms te beslissen.

Auteur: René Pijlman