Wat is het verschil tussen leidinggeven en leiderschap?
'Leidinggevende'
is een rol die je van hogerhand krijgt toebedeeld, waardoor je een
zeker gezag en macht over je ondergeschikten hebt. Het is een formele positie binnen de
organisatie. Leidinggeven betekent gebruikmaken van formele bevoegdheden en leidinggevende competenties en vaardigheden om anderen aan te sturen om organisatiedoelen te bereiken.
Leiderschap is een persoonlijke en informele rol die je krijgt doordat medewerkers je vertrouwen, respecteren en erkennen als hun leider. Die erkenning moet je opbouwen en verdienen met sterke leiderschapsvaardigheden, soft skills en verbindend optreden. Als leider heb je geen macht, maar wel grote invloed op je volgers. Leiden betekent een visie schetsen en mensen bereid krijgen mee te werken aan het bereiken van een gemeenschappelijk doel.
In de praktijk wordt het onderscheid niet altijd scherp gemaakt. Een leidinggevende rol wordt vaak een leiderschapsrol genoemd, of een managementfunctie een leiderschapsfunctie.
Van een leidinggevende wordt leiderschap verwacht
Als je een leidinggevende functie hebt, wordt er vaak van je verwacht dat je leiderschap toont. Maar ook professionals zonder formele managementrol kunnen leiderschapscompetenties ontwikkelen. Het ontwikkelen van leiderschapskwaliteiten kan een opmaat zijn tot een glanzende carrière in leidinggevende functies.
Leidinggeven versus leiden
Leidinggeven en leiderschap zijn twee cruciale, maar verschillende concepten die beide essentieel zijn voor het succes van een team en een organisatie.
Kenmerken:
- Leidinggeven: gericht op het beheren van taken, mensen en middelen om specifieke doelen te bereiken.
- Leiderschap: gericht op het inspireren en motiveren van mensen om een gemeenschappelijke visie en doel na te streven.
Rollen en verantwoordelijkheden:
- Leidinggevende rollen: dagelijkse operationele taken, toezicht houden op werk en directe besluitvorming.
- Leiderschapsrollen: visie ontwikkelen, cultuur vormgeven, en strategische besluitvorming.
Vaardigheden en competenties:
- Leidinggevende: plannen en organiseren, instrueren, voortgang controleren, beoordelen.
- Leider: visie ontwikkelen, inspireren, innoveren, en coachen.
Invloed en macht:
- Leidinggevende invloed: gebaseerd op formele positie en autoriteit.
- Leiderschapsinvloed: gebaseerd op persoonlijke invloed, charisma, de gunfactor en het vermogen om mensen te inspireren.
Motivatie en betrokkenheid:
- Leidinggeven aan teams: gebruik van beloningen en sancties om prestaties te stimuleren.
- Leiderschap in teams: bevorderen van intrinsieke motivatie en betrokkenheid door voorbeeldgedrag en gedeelde waarden.
Kortetermijn- versus langetermijnfocus:
- Leidinggeven: gericht op het behalen van onmiddellijke doelen en resultaten.
- Leiderschap: gericht op het opbouwen van een duurzame toekomst en een langetermijnvisie.
Besluitvorming en probleemoplossing:
- Leidinggevende aanpak: snel en direct probleemoplossend, gericht op efficiëntie.
- Leiderschapsaanpak: creatief en innovatief probleemoplossend, gericht op effectiviteit.
Teamdynamiek en cultuur:
- Leidinggeven aan een team: beheer van teamrollen en taakverdeling.
- Leiderschap in cultuurvorming: ontwikkelen van een positieve en inclusieve teamcultuur.
Communicatie en feedback:
- Leidinggevende communicatie: direct en instructief.
- Leiderschapscommunicatie: open, inspirerend, en op samenwerking gericht.
Auteur: René Pijlman